Ga verder naar de inhoud
Rapporten

Kenmerken van de VDAB-vacaturemarkt

20 dec. 2001 — N. Van Mechelen

Beschrijving

Jaarboek 'De arbeidsmarkt in Vlaanderen', editie 2001, hoofdstuk 17.

Samenvatting

Het aantal VDAB-vacatures ? alhoewel minder snel dan in de vorige jaren? is ook in 2000 sterk toegenomen. In dit hoofdstuk bekijken we de veranderende samenstelling van de VDAB-vacaturemarkt. Met de opmars van de uitzendsector hebben de kenmerken van de vacatures uit deze sector zienderogen aan belang gewonnen: meer tijdelijke contracten en meer nacht/ploegenarbeid, en sinds 2000 ook relatief minder vacatures voor personen met weinig werkervaring en voor laaggeschoolden. Maar niet alleen in de interimsector, ook in de andere dienstensectoren werden in de periode 1999-2000 de selectie-eisen op het vlak van werkervaring en onderwijsniveau weer opgevoerd. Bovendien stellen we vast dat laaggeschoolden en/of personen met weinig werkervaring vooral in sectoren terecht kunnen waar uitzonderlijk veel vacatures betrekking hebben op nacht/ploegenarbeid, tijdelijke jobs of deeltijdarbeid.

Methodologie

De analyse van de kenmerken van de vacaturemarkt wordt noodzakelijkerwijze beperkt tot de VDAB-vacatures. De VDAB is de enige bron is die sinds het begin van de jaren ’90 zeer gedetailleerde informatie geeft over de vacatures in het Vlaams Gewest (activiteitssector, gevraagd onderwijsniveau en werkervaring, aangeboden arbeidsregime (voltijds/deeltijds), uurregeling (nacht/ploegenarbeid) en vastheid van contract (vast/tijdelijk)). De cijfergegevens in dit hoofdstuk betreffen dus niet de totale vacaturemarkt, maar enkel de vacatures gekend door de VDAB. Dit betekent dat de evolutie van (de kenmerken van) de vacatures mee bepaald wordt door het (ongekende) marktaandeel van de VDAB. Met name de verbeterde samenwerking met interim- en selectiekantoren levert een vertekenend beeld op van de evolutie van (de kenmerken van) de vacatures.

Hoofdstuk 17 heeft betrekking op zowel de VDAB-vacatures afkomstig van de Vlaamse werkgevers als van werkgevers van buiten Vlaanderen. Toch werden niet alle VDAB-vacatures in de analyse betrokken, enkel de vacatures in het Normaal Economisch Circuit en de Jobmanager. Het Normaal Economisch Circuit (NEC) omvat de contracten van bepaalde duur (vaste circuits) en de in de tijd beperkte contracten (tijdelijke circuits). Sinds 2000 worden ook de extra’s in de horeca ondergebracht bij de tijdelijke circuits van het NEC. Deze extra’s zijn een uitdovend stelsel (in 2000: gemiddeld 32 openstaande vacatures). Niet inbegrepen in het NEC zijn de gesubsidieerde jobs in overheidsdiensten of non-profit organisaties en de jobs in het kader van de European Employment Services. Sinds september 2000 kunnen de werkgevers zelf via de website van de VDAB hun vacatures beheren, de Jobmanager. Het NEC en de Jobmanager vertegenwoordigen in 2000 94% van het aantal openstaande vacatures bij de VDAB.

Het aantal vacatures wordt telkens bepaald aan de hand van het gemiddeld aantal openstaande VDAB-vacatures. Het gemiddeld aantal wordt berekend door per jaar het aantal lopende vacatures op het einde van elke maand op te tellen, en vervolgens te delen door 12. De omvang van de vooralsnog oningevulde vraag wordt dus op dezelfde manier geoperationaliseerd als de reserve aan de aanbodzijde van de arbeidsmarkt (het aantal niet-werkende werkzoekenden).

De verdeling van het aantal VDAB-vacatures naar sector gebeurde aan de hand van de WAV-sectorindeling.

Voor ieder vacature wordt bij de VDAB geregistreerd of er minder dan 6 maanden, tussen 6 maanden en 2 jaar,of meer dan 2 jaar werkervaring gevraagd wordt aan de sollicitant. Het aandeel van de eerste groep beschouwen we als het aantal vacatures waarvoor weinig ervaring wordt gevraagd.

De VDAB registreert eveneens het gevraagde onderwijsniveau van de vacatures. Het aandeel van de vacatures waarvoor geen diploma, een middenstandsopleiding of maximaal een diploma lager secundair onderwijs gevraagd wordt, beschouwen we als vacatures voor laaggeschoolden.

Werkgevers dienen ook aan te geven of een vacature deeltijds dagwerk, voltijds dagwerk, nachtwerk, 2-ploegenarbeid, 3-ploegenarbeid of volcontinu arbeid impliceert. Op basis van de eerste categorie wordt het aandeel vacatures voor deeltijdwerk berekend. De laatste vier categorieën worden samengebracht onder de noemer ‘nacht/ploegenarbeid’. Ten slotte wordt geregistreerd of vacatures voor vast werk of tijdelijk werk bedoeld.