Ga verder naar de inhoud
Rapporten

Studenten en werk

20 dec. 2001 — T. Vandenbrande

Beschrijving

Jaarboek 'De arbeidsmarkt in Vlaanderen', editie 2001, hoofdstuk 11.

Samenvatting

Eenmaal afgestudeerd, geraken Vlaamse jongeren relatief gemakkelijk aan een baan. Sinds 1998 is het percentage schoolverlaters dat een jaar na het afstuderen nog werkloos is, erg beperkt en het aandeel werkende schoolverlaters groot. Het aandeel werkenden onder de studenten is dan weer bijzonder laag zeker in vergelijking met Nederland. Waar de doorsnee Nederlandse student er een baantje op nahoudt, beperkt de Vlaming dit tot een kortlopend contract tijdens de zomermaanden. De interimsector, de kleinhandel en de horeca maken in België het meest gebruik van studentenarbeid.

Methodologie

11.1

Het cijfermateriaal voor de vergelijking Vlaanderen-Nederland in paragrafen 1 en 2 is afkomstig van Eurostat (voor Nederland) en NIS (voor Vlaanderen). Uit de LFS-databank m.b.t. 2000 werden volgende variabelen gebruikt in de analyse: leeftijd, het ILO-arbeidsmarktstatuut (werkend, werkloos, of inactief), en het subjectieve arbeidsmarktstatuut (werkend, werkloos, student, gepensioneerd, arbeidsongeschikt, militaire dienst, huisvrouw/man, of een ander inactief statuut). Deze laatste variabele werd gebruikt om het onderscheid te maken tussen de studenten en de bevolking zonder studenten: wie antwoordde dat hij of zij zichzelf als student beschouwt, werd als student weerhouden (onafhankelijk van zijn of haar ILO-statuut).

11.2

De gegevens over de schoolverlaters zijn afkomstig van de VDAB. De VDAB volgt jaarlijks de cohorte op die zich in de zomer als schoolverlater inschrijft. Het aandeel van deze groep dat op het einde van mei in het daaropvolgende jaar nog ingeschreven is, is het ‘restpercentage’.

11.3

In een eerste deel worden twee bronnen over het aantal studenten met een job (in België) met elkaar vergeleken. De eerste bron betreft de NIS EAK, m.a.w. de hoger reeds geciteerde gegevens. De tweede bron betreft RSZ-LATG. Bij RSZ worden het aantal tewerkgestelde studenten tijdens het derde kwartaal geregistreerd, alsook gegevens over het aantal dagen dat door deze studenten worden gepresteerd. Deze gegevens worden gepubliceerd in de ‘rode’ brochure. In dit hoofdstuk werden de gegevens m.b.t. 1999 gebruikt. Ook de verdeling van het aantal tewerkgestelde studenten naar sector is gebaseerd op deze brochure.