Tien jaar na Ford Genk: hoe Limburg zich heruitvindt

Zal de sluiting van Ford Genk nog lang blijven nazinderen? Dit was de titel van de slotbeschouwing uit het Over.Werk-artikel uit 2013 waarin professoren Ludo Peeters en Mark Vancauteren (UHasselt) een inschatting maakten van de economische impact van de sluiting van Ford Genk (Peeters & Vancauteren, 2013). Geen makkelijke cijferoefening was dat, maar wel een met een verontrustende boodschap: een verlies van 8200 jobs in Limburg, een toename van de werkloosheidsgraad met 2 procentpunten en een daling van de productiviteit met circa 11%. De sluiting van Ford Genk, jarenlang de industriële ruggengraat van de Limburgse economie, betekende een zware klap voor de provincie maar ook voor de rest van Vlaanderen. Een klap die Limburg ook voor grote economische uitdagingen plaatste. Vandaag, ruim tien jaar later, trachten we de vraag van de UHasselt-professoren te beantwoorden. In welke mate, en hoelang zinderde de sluiting van Ford Genk na? Wat was de impact op de Limburgse werkgelegenheid, werkloosheid en productiviteit? En hoe veranderde het industriële weefsel in de provincie?