Ga verder naar de inhoud

Bevolking naar socio-economische positie: werkenden, werklozen, niet-beroepsactieven.

Wist je dat ...


... op provincieniveau …

  • West-Vlaanderen de koploper is op vlak van werkzaamheidsgraad met 78,9% in 2023, gevolgd door Oost-Vlaanderen (78,1%) en Vlaams-Brabant (77,9%). De 5 Vlaamse provincies scoren het hoogst qua werkzaamheidsgraad, en het laagst qua aandelen werklozen en niet-beroepsactieven. Daarbinnen is er nog variatie, met bijvoorbeeld het hoogste aandeel werklozen in Antwerpen van 4,7% tegenover de laagste score in West-Vlaanderen van 3,0%.
  • we het hoogste aandeel niet-beroepsactieven van alle Vlaamse provincies vaststellen in Limburg (20,6%), waarmee het aansluit bij de best scorende Waalse provincie op dat vlak: Waals-Brabant met 20,5%. Helemaal onderaan vinden we hier Brussel terug met 30,2%.
  • de sterke en minder sterke presteerders bij de bovenstaande rangschikkingen vinden we in zekere mate ook terug als we inzoomen op kwetsbare groepen.
    • Zo kent Vlaams-Brabant de hoogste werkzaamheidsgraad qua 55- tot 64-jarigen, met 70,0%, gevolgd door Waals-Brabant met 67,4% en West-Vlaanderen met 65,8%. Deze laatste kent vooral een beperkt werklozenaandeel binnen deze leeftijdsgroep (2,5%), gecombineerd met een wat hogere niet-beroepsactievengraad (31,7%). De provincie Henegouwen sluit het rijtje af met slechts iets meer dan 1 op de 2 (53,3%) inwoners aan het werk tussen 55 en 65 jaar. Deze provincie laat zich vooral kenmerken door een hoog aandeel niet-beroepsactieven bij deze groep (39,9%).
    • Bij de kortgeschoolden is enkel in Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen iets meer dan 6 op de 10 aan het werk. Henegouwen en Brussel behalen hier minder dan 5 op de 10 aan het werk.
    • Qua werkzaamheidsgraad bij personen met een niet-EU27 nationaliteit scoort West-Vlaanderen met 45,8% dan weer het minst hoog van de Vlaamse provincies. Ook hier haalt Vlaams-Brabant de hoogste score, met 50,5% van alle provincies. Ook al blijft dit, ook in internationaal opzicht, een vrij lage werkzaamheidsgraad bij deze kwetsbare groep. In provincies als Luik en Henegouwen is zelfs maar 1 op de 3 aan het werk met een niet-EU27 nationaliteit. Zoomen we bij deze groep in op de vrouwen, dan is in alle provincies, behalve Vlaams-Brabant, zelfs minder dan 4 op de 10 van hen aan het werk.

… op niveau van de referentieregio’s …

  • er twee een werkzaamheidsgraad hebben boven de 80% in 2023? Het gaat om de referentieregio Midwest met 81,4% en de Vlaamse Ardennen met 80,1%. Aan het andere uiterste vinden we 5 regio’s met een werkzaamheidsgraad lager dan 70%: Brussels H. Gewest (59,7%), Hainaut Sud (62,4%), Hainaut Centre (63,3%), Liège (63,6%), en Verviers (68,8%).
  • we het laagste werklozenaandeel (tegenover de bevolking tussen 20 en 64 jaar) terugvinden bij de referentieregio Westhoek (2,6%), regio Brugge (2,7%) en Midwest (2,7%). Binnen Vlaanderen scoren regio Middenkust (4,3%) en regio Antwerpen (5,8%) het hoogste. De Waalse referentieregio's (bassins) scoren steevast hoger dan de Vlaamse, waarbij Luxemburg (5,9%) en Brabant Wallon (6,0%) de sterkste aansluiting tonen bij de Antwerpse score.
  • heeft iets meer dan de helft van hen, 14 van de 26, een aandeel niet-beroepsactieven lager dan 20%. Koploper is Midwest met 15,9%. Opvallend is dat regio Middenkust en Antwerpen met respectievelijk 22,1% en 21,2% opnieuw de hoogste aandelen kennen van alle Vlaamse referentieregio's, maar zich hier ook boven een aantal Waalse regio's situeren, zoals Huy-Waremme (19,1%) en de regio van de Duitstalige Gemeenschap Communauté germanophone.
  • hebben Brussels H. gewest (5,5%), regio Antwerpen (5,5%) en Communauté germanophone (5,6%) de laagste aandelen van personen met een arbeidsongeschiktheid langer dan een jaar (werkenden en niet-beroepsactieven opgeteld). Regio Middenkust (8,8%) en de Westhoek (8,3%) springen er langs Vlaamse zijde bovenuit, met scores die hoger liggen dan het algemene gemiddelde van 7,1% over alle referentieregio's heen. In de referentieregio's Hainaut Sud en Hainaut Centre zijn zelfs meer dan 1 op de 10 langdurig arbeidsongeschikt met scores van respectievelijk 10,4% en 11,1%.

... op stads- en gemeenteniveau ...

  • er liefst 152 steden of gemeenten zijn van de in totaal 565 met een werkzaamheidsgraad boven de 80%? Het lijstje wordt aangedreven door de Oost-Vlaamse gemeente Horebeke met liefst 85,5% van haar inwoners met een leeftijd tussen 20 en 65 jaar die aan het werk zijn. Omgekeerd vinden we 97 steden of gemeenten die een lagere werkzaamheidsgraad hebben dan 70%, waarvan 21 zelfs lager dan 60%. De hekkensluiters in dat lijstje zijn de Brusselse gemeenten Sint-Joost-ten-Node en Sint-Jans-Molenbeek, waarvan slechts net iets meer dan 1 op 2 inwoners aan het werk is, respectievelijk 51,1% en 52,7%.
  • steden en gemeenten die een relatief hoge werkloosheidsgraad hebben bij hun inwoners op arbeidsleeftijd, doorgaans ook een hoge niet-beroepsactievengraad laten optekenen (en vice versa)?
  • we in Vlaanderen de steden en gemeenten terugvinden met de laagste werkloosheidsaandelen (tegenover de bevolking 20-64 jaar). Bij Lo-Reninge, Vleteren, Amel, Wingene, Ledegem, Jabbeke, Zuienkerke, Zedelgem, Maarkedal, Lichtervelde, Kortemark, Anzegem, Kruisem en Wortegem-Petegem ligt het aandeel werklozen het laagst en onder de 1,7%. In totaal zijn er 197 steden en gemeenten met een werkloosheidsaandeel onder de 3%, wat doet denken aan het niveau van een natuurlijke werkloosheid. Aan het andere uiterste vinden we 44 steden en gemeenten terug met een werkloosheidsaandeel boven de 10%. Luik (15,6%), Charleroi (14,8%), Seraing (14,8%), Dison (14,6%) en Verviers (14,5%) zijn daarbij de negatieve uitschieters.
  • Er 55 steden en gemeenten zijn waarvan meer dan 1 op de 10 inwoners tussen 20 en 64 jaar langdurig arbeidsongeschikt is (werkend of niet-beroepsactief)? Langs het andere uiteinde, zijn er 81 steden en gemeenten die hier een aandeel lager dan 5% kennen. Focussen we ons op de Vlaamse centrumsteden, dan heeft Leuven met 4,2% de laagste score, gevolgd door Mechelen (5,3%), Turnhout (5,7%), Gent (5,9%) en Antwerpen (6,0%). Genk vinden we terug aan het andere uiterste met een aandeel van 10,6%, gevolgd door Oostende met 9,0%.